ADELLIJKE PORTRETTEN op Duivenvoorde

Nieuw boek over de portretten op kasteel Duivenvoorde

In de afgelopen jaren zijn verschillende boeken verschenen die een veel breder en dieper inzicht hebben verschaft in de geschiedenis en de bewoners van het kasteel Duivenvoorde en de in het kasteel gehuisveste collecties. In 2000 verscheen een boek over de familie Van Wassenaer die nauw verbonden is aan zowel Duivenvoorde als Twickel in Delden. In 2007 een boek over de geschiedenis van het Slot Moyland in de omgeving van Kleef, Duitsland. In 2010 het boek over Duivenvoorde; bewoners, landgoed, kasteel, interieur en collectie. In 2012 het boek Passie voor schilderijen; De verzameling Steengracht van Duivenvoorde en in 2015 het boek over de collectie Adellijke familieportretten op Duivenvoorde. Dit jaar worden deze portretten ook in het kasteel tentoongesteld. Waaronder een aantal uit particulier bezit. Terecht wordt in het boek gesteld dat familieportretten de ziel zijn van kastelen en buitenplaatsen. Dit boek vormt dan ook een belangrijke en waardevolle aanvulling op de literatuur over Duivenvoorde en ook over de portretten van de bewoners van de families die beschreven worden.

Geen statische collectie

In de lange geschiedenis van het kasteel Duivenvoorde is het kasteel een onafgebroken familiebezit geweest. De laatste eigenaresse, jkvr. L.H. baronesse Schimmelpenninck van der Oye (1891 – 1965) bracht het oude familiebezit in 1960 in de Stichting Duivenvoorde onder. Door huwelijken, verervingen, aankopen en verkopen is deze unieke portrettencollectie tot stand gekomen. De oudste portretten in het kasteel dateren uit de 16e eeuw. Het meest recente portret is dat van de laatste eigenaresse door George Rueter uit 1962.

In het boek wordt de volgorde aangehouden van de belangrijkste families die het kasteel bewoond hebben: De familie Van Wassenaer, de 18 portretten familie Steengracht en de familie Schimmelpenninck van der Oye.

De familie Van Wassenaer is een van de oudste en voornaamste adellijke families van Nederland en Holland. De in het boek beschreven portretten van deze familie en enkele aanverwante geslachten bestaat uit zowel in de diverse lambriseringen in de kamers en zalen van Duivenvoorde opgenomen portretten als uit opgehangen schilderijen. Hoogtepunten zijn hier de in de Marot of Grote Zaal van het kasteel opgehangen portretten door Gerard van Honthorst en Caspar Netscher, de portretten door Evert Crijnszn. van der Maes, van Johan van Wassenaer en zijn echtgenote Maria van Voorst van Doorwerth uit 1608 in de hal van het kasteel en portretten door Cornelis Jonson van Ceulen, Adriaen Hanneman, Willem van Mieris, Johannes Mijtens en Paulus Moreelse en Pieter Nason. De meeste van deze schilderijen zijn in het bezit van de Stichting Duivenvoorde. Enkele schilderijen zijn aan Duivenvoorde in bruikleen gegeven door de familie Stichting Van Wassenaer.

De collectie Steengracht portretten bestaat uit portretten van de familie Steengracht maar ook van aanverwante geslachten. De familie Steengracht behoorde tot het Zeeuwse patriciaat en had belangen in de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Hun voorouders hadden onder andere wortels in Dordrecht en Haarlem. De familie Steengracht kreeg Duivenvoorde door een huwelijk in de eerste helft van de 19e eeuw in bezit. Via de familie Steengracht kregen ook portretten van de families Berck, Van der Poort, Van Berckenrode en Van Diemen een plaats op Duivenvoorde. Hoogtepunten uit de periode Steengracht uit de 19e eeuw zijn de tekening van de kinderen Steengracht uit omstreeks 1839 door Lodewijk Vincent, het dubbelportret, pastel op papier, van Henriette Steengracht (1839-1880) en Gustaaf Steengracht (1843-1908) door Heinrich Siebert – in 1914 werd op basis hiervan een pastel op papier een dubbelportret vervaardigd van Emilie Marie Schimmelpenninck van der Oye (1910-1988) en van haar broer Frans Arnold Leo Carel Schimmelpenninck van der Oye (1905-2001) – en het 19 door Alexander Hugo Bakker Korff op basis van een foto in 1880 geschilderde portret van Henriette Steengracht (1839-1880).

In 1912 erfde Willem Anne Assueer Jacob baron Schimmelpenninck van der Oye (1889 – 1957) landgoed en kasteel Duivenvoorde van zijn oomjhr. mr. Hendricus Adolphus Steengracht (1836-1912). In het interieur waren de portretten van de voorafgaande geslachten opgenomen. Hierdoor kwamen op het kasteel portretten van de familie Schimmelpenninck van der Oye te hangen die aan de op Duivenvoorde aanwezige portretten werden toegevoegd. Baron Willy had een grote belangstelling voor de collectie die door vererving verder werd uitgebreid. Na het overlijden van baron Willy vererfde een deel hiervan conform binnen de familie vastgelegde afspraken, aan zijn halfbroer Frans Arnold Leo Carel baron Schimmelpenninck van der Oye (1905 – 2001). Hoewel dit waarschijnlijk niet de bedoeling was geweest, verlieten de meeste van deze portretten het kasteel in 1961 ook daadwerkelijk. Na het overlijden van Carel Schimmelpenninck van der Oye is zijn collectie ondergebracht in de Stichting der Heerlijkheden Oosterland, Sirjansland en Oosterstein. Na zijn overlijden keerde een aantal belangrijke portretten als bruikleen van deze Stichting weer terug naar het kasteel. Het merendeel van de ruim 100 portretten is echter verspreid geraakt over het gehele land.

In het kader van de expositie Adellijke Portretten op Duivenvoorde wordt een groot aantal hiervan getoond. Hoogtepunten hiervan zijn een tweetal portretten van Jan Toorop – potlood en krijt op papier -uit 1919 te weten Jeanne Francoise Schimmelpenninck van der Oye – Chassagnard (1879-1959) en van haar zoon Alexander Schimmelpenninck van der Oye (1907-1942). Hij zou in 1942 samen met vier andere gijzelaars door de Duitse bezetter worden geëxecuteerd. Beide bruiklenen van de Stichting der Heerlijkheden Oosterland, Sirjansland en Oosterstein zijn nu in Rijksmuseum Twenthe te Enschede. Ook zijn bruiklenen van andere collecties zoals van de Stichting Familiefonds Boreel te zien zoals het portret- pastel op pier door Thérèse Schwartze, van Ludolphine Henriette Schimmelpenninck van der Oye (1857 – 1891) uit omstreeks 1880. Zij was gehuwd met mr. Jacob Willem Gustaaf Boreel, gezant. De beschrijvingen van de families en hun portretten worden in het boek in de context van hun tijd geplaatst met aardige beschrijvingen van de levens van de geportretteerden en hun bijzonderheden. In het boek zijn verder artikelen opgenomen over de thema’s: schitterende juwelen, kinderen op hun mooist, puike pruiken, origineel of kopie, deftige mode en kragen in veelvoud. Verder is een goed gedocumenteerde catalogus opgenomen. Een zeer waardevolle toevoeging aan de literatuur over de geschiedenis van het kasteel Duivenvoorde en zijn bewoners en verzamelingen.

Theo Kralt MSc was in de jaren 1976 – 1985 rondleider op Duivenvoorde en was in 2008 eindredacteur van het boek ‘Wielbergen en de familie Brantsen. De lotgevallen van een landgoed en Victoriaans landhuis in Angerlo’. Waanders Uitgevers , Zwolle, 2008. ISBN 978 90 400 8545 1, 313 pagina’s.

Download het volledige artikel in het vriendenbulletin najaar 2015.